Environments (Tenants)
Environment aanmaken
In deze handleiding noemen we ze environments, zoals in de applicatie. Technisch gezien zijn het tenants — gescheiden instanties met eigen instellingen, gebruikers en data.
Environments gebruik je om binnen je organisatie data, instellingen en gebruikers te scheiden. Elke environment heeft een eigen set aan opties, thema en url, waardoor je eenvoudig kunt aanpassen en scheiden.
info
De environment-instellingen en statistieken zijn alleen zichtbaar voor environment- en organisatiebeheerders.
Data- en gebruikersscheiding
Alle gebruikers, data en instellingen zijn per environment gescheiden, zodat er geen uitwisseling van informatie is tussen verschillende omgevingen. Deze scheiding waarborgt privacy en veiligheid, omdat iedere tenant onafhankelijk functioneert – ook binnen dezelfde organisatie.
Zo biedt ProcessMind met deze opzet elke tenant een veilige, persoonlijke en schaalbare environment, terwijl de organisatiebeheerder centraal het overzicht houdt.
tip
Environments delen gezamenlijke limieten die door de organisatie zijn ingesteld, zoals het aantal gebruikers, opslag en omgevingen. Meer nodig? Je kunt altijd je abonnement eenvoudig upgraden.
Environment-instellingen
In een environment kun je het volgende instellen:
Environment Name: De naam van de environment, voor herkenning in het systeem. Deze naam verschijnt ook op het login-scherm wanneer je de environment binnenkomt.
Environment URL: De unieke url waarmee je toegang krijgt tot de environment.
Voorbeeld:
https://environmentx.processmind.comhoort bij de environment met de korte naamenvironmentx.
Allow Logins: Hiermee bepaalt de environment-admin welke identity provider gebruikers mogen gebruiken voor inloggen. Je kunt kiezen uit:
- Microsoft: Gebruikers laten inloggen met Microsoft Entra ID (voorheen Azure Active Directory, Azure AD en AAD).
- Google: Gebruikers laten inloggen via Google.
info
Is het veld uitgeschakeld, dan heeft de organisatiebeheerder deze optie voor de environment gedeactiveerd. Environment-admins kunnen zichzelf niet uit de environment verwijderen. Alleen een organisatiebeheerder of een nieuw aangestelde environment-admin kan dit aanpassen.
Regionale en lokalisatie-instellingen
Je kunt je environment aanpassen aan je lokale voorkeuren via het paneel Regional and Localization Settings.

De volgende opties zijn beschikbaar:
- Default Language
Stel de standaardtaal in voor de ProcessMind-interface (bijv. Engels, Nederlands, Duits). - Date Format
Kies hoe datums getoond worden (bijv.yyyy-MM-dd→ 2025-07-16). - Time Format
Geef je voorkeur aan voor tijdnotatie (bijv.HH:mm→ 14:30). - Currency
Stel de standaardvaluta in voor financiële waarden (bijv. EUR, USD). - Thousand Separator
Bepaal hoe grote getallen worden weergegeven (bijv. punt →1.234.567,89).
Klaar met instellen? Klik op Save om toe te passen in je workspace.
Deze instellingen gelden voor alle gebruikers in de environment, voor een consistente, op regio afgestemde ervaring.