End Event
Introductie
Een BPMN 2.0 End Event vertegenwoordigt de afsluiting of beëindiging van een bedrijfsproces. Het geeft het punt aan waarop het proces voltooid is, en er vinden geen verdere acties plaats na het End Event. In BPMN-diagrammen wordt het End Event weergegeven als een vetgedrukte cirkel en kan het worden gebruikt om verschillende typen van procesafsluitingen te signaleren, zoals normale voltooiing of een foutconditie.
Belangrijke Punten over End Events:
- Visuele Weergave: Een vetgedrukte cirkel.
- Typen van End Events:
- Message End Event: Stuurt een bericht wanneer het proces eindigt.
- Signal End Event: Zendt een signaal uit naar andere processen of systemen wanneer het proces eindigt.
- Error End Event: Geeft aan dat het proces is beëindigd door een fout.
- Terminate End Event: Stopt onmiddellijk alle activiteiten in het proces, waarmee de gehele procesinstantie beëindigd wordt.
- Escalation End Event: Geeft aan dat er een escalatie heeft plaatsgevonden die op een hoger niveau moet worden afgehandeld.
End Events hebben geen uitgaande sequence flows, omdat ze het eindpunt van het proces vertegenwoordigen. Ze spelen een cruciale rol in het signaleren van het resultaat van het proces en zorgen ervoor dat de flow correct wordt afgesloten.
Een end event geeft de afsluiting van een proces aan. Het proces wordt afgesloten zodra alle stappen in het diagram zijn uitgevoerd, culminerend in het end event. Aangezien een proces verschillende resultaten kan opleveren, zoals succes of falen, is het mogelijk meerdere end events te gebruiken om verschillende uitkomsten aan te geven. Bijvoorbeeld, als een bestelling succesvol is verwerkt, eindigt het proces met een succesvolle voltooiing. Omgekeerd, als de kaartgegevens onjuist zijn, leidt dit tot een transactiefout, wordt er geen bon gegenereerd en wordt de bestelling als niet succesvol beschouwd.
In dit voorbeeld variëren de uiteindelijke uitkomsten aanzienlijk, hoewel beide als end events worden geclassificeerd. Het is belangrijk op te merken dat wanneer een proces meerdere end events bevat, elk end event een duidelijke naam moet hebben om verwarring te voorkomen.
Alle events met hun bijbehorende symbolen
Start | Intermediate | End | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Type | Normal | Event Sub process | Event Sub process non-interrupt | Catch | Boundary | Boundary non-interrupt | Throw | |
None | ||||||||
Message | ||||||||
Timer | ||||||||
Conditional | ||||||||
Link | ||||||||
Signal | ||||||||
Error | ||||||||
Escalation | ||||||||
Termination | ||||||||
Compensation | ||||||||
Cancel | ||||||||
Multiple | ||||||||
Multiple Parallel |